Page 205 - Als doden een gezicht krijgen_Het DVI Team
P. 205
DVI 16-10-2007 09:42 Pagina 205
boranten die dag in dag uit héél minutieus te werk moeten gaan
om de wetenschap ten dienste te stellen van de justitie.
Om een DNA-onderzoek te kunnen uitvoeren hebben we
biologisch materiaal van menselijke oorsprong nodig. Dat kan
bloed, speeksel of sperma zijn, maar ook haren, tanden en been-
deren. En dan is het lijstje nog niet eens volledig. Het spreekt voor
zich dat bloed-, speeksel- en spermasporen – als ze tenminste in
voldoende mate aanwezig zijn – zich veel beter lenen voor een
DNA-onderzoek dan haren, tanden en beenderen. De eerste
klasse van sporen bevat namelijk van nature uit veel meer DNA-
materiaal, wat het onderzoek en de kans op succes bevordert.
Wat de beenderen betreft: het lichaam telt er meer dan twee-
honderd. Ze zijn allemaal bruikbaar, maar de ene soort beende-
ren is meer geschikt dan de andere. Zo bevatten beenderen uit
ons onder- en bovenbeen meer beenmerg dan fijnere beenderen
zoals een rib of vingerkootjes. En het is juist in het merg dat er
het meeste DNA aanwezig is. Aan de andere kant is het DNA in
dikkere en stevigere benen ook beter beschermd en dus minder
onderhevig aan afbraak. Net zoals tanden trouwens die ingebed
zijn in het kaakbeen en door de mondomgeving ook meer be-
schermd worden tegen invloeden van buitenaf, wat opnieuw de
kans op een geslaagd onderzoek vergroot.
Hoe gaan we te werk?
Het eerste wat we moeten doen, is de beenderen grondig reini-
gen. Precies omdat het om beenderen gaat, kunnen we vermoe-
den dat de stoffelijke resten een hele tijd aan de natuurelemen-
ten ten prooi zijn geweest. Het kan om een lichaam gaan dat in
de buitenlucht heeft gelegen en daar ontbonden is, of het kan om
een vermiste gaan die al een hele tijd ergens begraven lag of een
slachtoffer dat omgekomen is in een brand. Als we ons onder-
zoek willen starten, dan kunnen we dat alleen op schone been-
deren. Alles wat zich op de beenderen bevindt, moeten we ver-
205