Page 14 - 2020-2021 cursus VPK hemodynamische definitief
P. 14
Hartdebiet in functie van de polsfrequentie Slagvolume in functie van de polsfrequentie
Als de polsfrequentie toeneemt zal het SV afnemen. Er zijn diverse redenen voor deze adaptatie, doch
de belangrijkste zijn:
• Daling van de coronaire perfusie. (O2 en voedingstoffenaanvoer)
• Daling van vulling van het hart bij snelle polsfrequenties (Des Jardins, 2008).
Als de polsfrequentie toeneemt dan wordt de totale duur van een volledige cardiale cyclus kleiner. Het
samentrekken van het hart is een mechanisch gebeuren en heeft een grens van snelheid: om een
volledige samentrekking van de ventrikels te realiseren is er een minimum aan tijd nodig. Zoals
afgebeeld in Figuur 7 zal bij een normale hartfrequentie van ± 75/’ de duur van de diastole gemiddeld
2 maal zo lang duren als de systolische duur. Als de polsfrequentie blijft stijgen dan zal vooral de
tijdsduur tussen de diastole en systole afnemen. De diastoletijd daalt meer dan de systoletijd. Bij een
zeer snelle hartfrequentie wordt de verhouding 2/1 omgedraaid. Bij hartfrequenties boven de 200 slagen
per minuut is de vullingstijd voor de diastole nog slechts 1/10 van een seconde. Zo zal de ventriculaire
vulling, de coronaire perfusie en de myocardiale zuurstofvoorziening inadequaat worden en het
hartdebiet naar beneden valt. De tijd van vulling en voedingstoffenaanvoer daalt meer dan de tijd van
ejectie. Is de coronaire perfusie onvoldoende dan zal de samentrekkingskracht afnemen en het
slagvolume zal dus nog meer dalen (Tate, 2012).