Page 269 - Als doden een gezicht krijgen_Het DVI Team
P. 269
DVI 16-10-2007 09:42 Pagina 269
geurmoleculen die bij het ontbinden van een lichaam vrijkomen.
In samenwerking met het Defensielaboratorium, de afdeling
Toxicologie van de KULeuven en de Faculté Universitaire des
Sciences Agronomiques van Gembloux wordt daar onderzoek
naar gedaan.
Verder worden binnen de vaste kern van het DVI leden op-
geleid in de forensische botanica en het forensisch duiken. Aan de
hand van de plantengroei in een bepaalde omgeving is het mo-
gelijk vast te stellen waar stoffelijke resten begraven liggen. Zelfs
tot enkele jaren na het delven van het graf. Bedoeling is dat we
die specifieke planten leren onderscheiden. Bij het forensisch
duiken trachten we dan weer ook onder water alle noodzakelij-
ke en nuttige politionele constateringen te doen. Te veel sporen
kunnen immers verloren gaan als een lichaam of een wagen een-
maal worden gelicht.
Twintig jaar slachtofferidentificatie
Als team, gespecialiseerd in slachtofferidentificatie, willen wij
honderd procent zekerheid over de identiteit van het lichaam dat
aan ons is toevertrouwd. Interpol heeft een aantal vastomlijnde
basisprincipes bij deze slachtofferidentificatie die we altijd vol-
gen, omdat alleen op die manier internationaal kan worden sa-
mengewerkt en omdat het resultaat van deze procedure de grootst
mogelijke garantie geeft op een correcte identificatie.
Visuele identificatie alleen kan nooit worden gebruikt om een
slachtoffer een naam te geven. Het DVI baseert zich dan ook
nooit uitsluitend op visuele identificatie. Onderzoek heeft na-
melijk uitgewezen dat nabestaanden niet altijd in staat zijn om
een dood lichaam correct te identificeren. Daarbij spelen heel
wat psychologische processen een rol. Sommige nabestaanden
zouden om het even wie positief identificeren om zo een einde te
maken aan de ondraaglijke spanning van de onzekerheid waarin
ze leven. Anderen zouden dan weer niemand identificeren om-
269