Page 64 - !ROA2017-02
P. 64
Richtlijn Ontwerp Autosnelwegen 2017 | 27 november 2017
Bij toepassing van krappere bogen dan de standaard boogstralen als genoemd in tabel 5.15 gaat
ook aandacht uit naar zicht op en in de boog. Tezamen met andere wegbeeldeisen staat dit
beschreven in paragraaf 5.6.
afbeelding 5.9. Minimale horizontale boogstraal niet-hoofdbanen
tabel 5.16. Minimale horizontale boogstraal niet-hoofdbanen in relatie tot de verkanting
minimale boogstraal per ontwerpsnelheid voor niet-hoofdbanen
situatie
120 km/u* 90 km/u 70 km/u 50 km/u
tegenverkanting 4.000 m 2.000 m 800 m 300 m
2,5 % verkanting 1.500 m 700 m 350 m n.v.t**
3,0 % verkanting 1.350 m 630 m 315 m n.v.t**
3,5 % verkanting 1.200 m 560 m n.v.t** n.v.t**
4,0 % verkanting 1.050 m 490 m n.v.t** n.v.t**
4,5 % verkanting 900 m 420 m n.v.t** n.v.t**
5,0 % verkanting 750 m 350 m 180 m 85 m
5,5 % verkanting 340 m 175 m 85 m
6,0 % verkanting 330 m 170 m 85 m
6,5 % verkanting 165 m 80 m
7,0 % verkanting 160 m 80 m
* Ontwerpsnelheid 120 km/u alleen van toepassing op parallelbanen met groot aandeel lange-
afstandsverkeer die daardoor een belangrijke rol in het netwerk vervullen.
** Voor bogen met een straal kleiner dan 300 m geldt een minimale verkanting van 5,0%. Dus een straal
van bijvoorbeeld 225 meter heeft minimaal 5% verkanting.
Pagina 64 van 168