Page 82 - Als doden een gezicht krijgen_Het DVI Team
P. 82

DVI  16-10-2007  09:41  Pagina 82







                               tenlandse  Zaken  kan  ook  een  beroep  op  ons  doen  als  het  om
                               grotere  groepen  Belgen  gaat.  Bij  grotere  catastrofes  kunnen  wij
                               ook  ondersteuning  geven  door,  bijvoorbeeld,  mee  het  callcen-
                               trum te bemannen en de telefoontjes te beantwoorden.
                                  Ik  luisterde  verder  naar  wat  Karin  te  vertellen  had.  Een  dag
                               eerder waren er al drie ploegen van onze DSI’ers ter versterking
                               naar  het  callcentrum  van  Buitenlandse  Zaken  gestuurd.  Maar
                               gaandeweg  werd  duidelijk  dat  de  situatie  veel  ernstiger  was  dan
                               de overheden oorspronkelijk hadden gedacht. Daarom had Bui-
                               tenlandse Zaken die avond een crisisvergadering gepland. Of wij
                               daarbij konden zijn? Van een of andere vorm van onrust was er
                               bij  mij  absoluut  geen  sprake.  Ik  ben  nogal  laconiek  van  aard  en
                               ik raak niet onmiddellijk in paniek. Dus ja, een vergadering kon
                               geen probleem zijn. We spraken af om er samen naartoe te gaan.
                               Ik zette na dat telefoontje onmiddellijk de radio aan en zelfs toen,
                               na het horen van de nieuwsberichten, ging er bij mij geen bel-
                               letje rinkelen.
                                  Nu,  jaren  later,  weten  we  allemaal  dat  deze  ramp  een  van  de
                               meest  vernietigende  ooit  is  geweest.  Dat  de  omvang,  het  aantal
                               slachtoffers,  het  menselijke  leed  en  de  schade  hun  weerga  niet
                               hebben gekend. Dat de hulpverlening ongekende proporties zou
                               aannemen. Ook bij ons, zij het dan op microniveau. Uiteindelijk
                               waren  onze  ploegen  op  26 december  de  eerste  van  in  het  totaal
                               bijna  tweehonderd  DSI-mensen  die  wij  in  een  periode  van  drie
                               weken  hebben  ingezet.  De  vergadering  van  maandagavond  op
                               Buitenlandse Zaken zou de eerste worden in een lange reeks.
                                  Ik liet mijn vakantie voor wat ze was, kleedde me om en zocht
                               de spullen die ik dacht nodig te hebben voor de vergadering, bij
                               elkaar. In de vooravond vertrok ik richting Brussel waar ik Karin
                               zou oppikken. De sfeer was goed, we zouden wel zien hoe de ver-
                               gadering zou verlopen. Dit was niet de eerste keer dat we werden
                               ingezet.  We  hadden  al  heel  wat  zware  en  grote  interventies  tot
                               een goed einde gebracht en we wisten dat we konden rekenen op



                                                            82
   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87