Page 70 - !ROA2017-02
P. 70
Richtlijn Ontwerp Autosnelwegen 2017 | 27 november 2017
ad 1) De clothoïdeparameter A wordt in beginsel zo klein mogelijk gekozen vanwege de
boogherkenning. Daarbij worden de volgende grenswaarden aangehouden:
- waar zicht op de boog nodig is in verband met snelheidsaanpassing, moet een deel van de
cirkelboog binnen het functionele gezichtsveld liggen (A R);
- de overgangsboog moet de richtingsverandering duidelijk inleiden. Hiervoor is een
hoekverdraaiing van minimaal 3,5 gewenst (A 1/3 R).
ad 2) De toename van de zijdelingse krachten bij het doorrijden van de overgangsboog dient
beperkt te worden. Hieruit vloeit een minimale waarde voor clothoïdeparameter A voort. Zie
tabel 5.20.
tabel 5.20. C toelaatbaar
ontwerpsnelheid C toelaatbaar A min, comfort
v 3 120 km/u 0,5 m/s 3 270
A 0,146 0 90 k/mh 0,5 m/s 3 175
min
C toelaatbaa r 70 km/u 0,8 m/s 3 95
50 km/u 0,8 m/s 3 60
Hierin is:
- v 0 : ontwerpsnelheid (km/u);
- C toelaatbaar : factor voor de toelaatbare verandering van de versnelling in zijdelingse richting
3
(m/s ).
2
ad 3) Het toepassen van de clothoïdeformule A = R x * L x levert een vloeiende vormgeving op
die niet misleidend of hinderlijk is. Vanuit wegbeeld ontstaan zodoende geen aanvullende eisen
voor de clothoïdeparameter.
Bij een boogstraal met een lagere ontwerpsnelheid dan het voorgaande weggedeelte, wordt de
richtingsverandering geaccentueerd middels een zo klein mogelijke clothoïdeparameter (A = 1/3
R).
2
ad 4) Wanneer in elk punt van de verkantingsovergang is voldaan aan de clothoïdeformule A =
R x * L x , levert de zijdelingse wrijvingsweerstand geen problemen op (dynamische
evenwichtseis).
5.3 Verticaal alignement
Het verticaal alignement bepaalt de wijze waarop hoogteverschillen worden overwonnen. In het
verticale alignement worden verticale rechtstanden en cirkelbogen toegepast. De algemene
eigenschappen van de verticale rechtstanden en cirkelbogen zijn weergegeven in afbeelding
5.14.
Pagina 70 van 168