Page 14 - Het staatsrecht van het Mangkoenagarase Rijk
P. 14
of Java kon weer herenigd en onder één Vorst gesteld worden.
Vandaar, dat Mangkoenagara I zijn invloed bij de jonge Soenan
deed gelden, om hem (Mangkoenagara) tegen Djocja te doen op
trekken en deze landen te verwoesten, toen de oude Sultan Ha-
mengkoe Boewana I om een wisse-wasje in zulk een toorn ont
brandde, dat deze zijn kroonprins opdroeg Solose desa's te
plunderen en te verwoesten.
De zichtbare aanleiding tot deze uitbarsting was de naamge
ving van een jongere broer van de Soenan tot Mangkoeboemi.
De naam Mangkoeboemi voor een (als regel uit een Ratoe gebo
ren) jongere broeder van de regerende Soenan was echter geheel
en al volgens gebruik. Er zat niets geen erg in. De Sultan zelf
had diezelfde titel indertijd als een jongere broeder van Pakoe
Boewana II ook gedragen.
Gelukkig voor de vrede beschikte de Compagnie toen nog
over zoveel macht om de dreigende spanning te kunnen bezweren
en alles te regelen.
Bij een drieledige acte van „vergelijking en bevrediging"
ddo. Soerakarta 28 en 29 September 1790 werd de verzoening
tussen de drie machthebbers in de Vorstenlanden bereikt.
Wat Mangkoenagara betrof, niet dan nadat hem een geschenk
van 4000 realen en een jaarlijkse bijdrage van 1000 realen wa
ren aangeboden. En wat nog meer was: bij dezelfde acte van
verzekering ddo. Semarang 1 November 1790, waarbij hem die
realen waren beloofd, kreeg hij de verzekering, dat hij „neevens
syn kinderen en kindskinderen de reeds so zeer gebleekene
Edelmoedigheid der Compagnie" zou ontvangen en wel „nadat
daertoe in de tijd occagie sal worden". ')
Die tijd en occagie kwam in 1792, toen Hamengkoe Boewana
II goed en wel de Djocjase troon bestegen had en de troonop
volging van het Soerakartase Hof geregeld was. Door de verhef
fing van zijn zoontje tot kroonprins was Pakoe Boewana IV van
Soerakarta zo mild gestemd, dat hij P. G. van Overstraten toe
stemming gaf aan Prangwadana het onverminderde bezit van diens
grootvader, groot 4000 tjatjah, te laten en wel bij Mangkoenaga-
ra's „onverhoopt overleyden". De erfelijkverklaring van het Mang-
koenagaranse apanage zelf geschiedde bij acte ddo. Soerakarta
14 Augustus 1792. )
2
') Zie Rouffaer pag. 39.
2 ) Zie deze acte Filet pag. 23.
8