Page 189 - Als doden een gezicht krijgen_Het DVI Team
P. 189
DVI 16-10-2007 09:42 Pagina 189
Isabelle Pêtre is stafmedewerker op het Centraal Laborato-
rium van de Technische en Wetenschappelijke Politie binnen
de federale gerechtelijke politie.
De eerste keer dat ik iets hoorde over de zaak-Fourniret was zo-
als elke burger: via de televisie en later in de kranten. En, net
zoals elke andere burger, had ook ik het gevoel dat we weer eens
vertrokken waren. We hadden net Marc Dutroux gehad. De
commentaarstukken over zijn proces waren in de kranten nog
niet droog toen Fourniret opdook. Het was beangstigend.
Natuurlijk werd er onmiddellijk ook op de werkvloer over
deze nieuwe kinderontvoerder gesproken. We hielden ons hart
vast. De fouten die in het dossier-Dutroux waren gemaakt,
waren onaanvaardbaar. Niemand kon zich permitteren om nu
opnieuw fouten te gaan maken, laat staan dat we er zicht op had-
den welke fouten er al eventueel waren gemaakt.
Ik werkte toen nog op het laboratorium van de federale poli-
tie in Dinant. Vroeger had ik mijn stek bij de gerechtelijke politie
maar net door de zaak-Dutroux waren gerechtelijke politie en
rijkswacht één geworden en was er alleen bij de federale politie
nog een gerechtelijk laboratorium. Vrij snel begrepen we dat een
belangrijke taak was weggelegd voor het team dat Sart-Custinne
onder zijn hoede had. Daar woonde Fourniret. De man had on-
dertussen wel bekentenissen afgelegd over één Belgische ontvoe-
ring en verdwijning, maar we wisten ondertussen al dat er sprake
was van betrokkenheid bij een heel pak Franse verdwijningsdos-
siers en minstens één poging tot ontvoering in België. Een jaar
eerder had de man immers in Ciney een veertienjarig meisje in
zijn auto meegenomen. Zij had zich kunnen bevrijden van de
touwen waarmee hij haar had vastgebonden en ze was uit zijn
wagen kunnen springen. Het was door het getuigenis van dat
189