Page 165 - !ROA2017-02
P. 165
Richtlijn Ontwerp Autosnelwegen 2017 | 27 november 2017
Bijlage Begrippenlijst
begrip definitie
aansluiting ongelijkvloers kruispunt van een stroomweg en een weg van een lagere hoofdcategorie,
acceleratielengte waartussen uitwisseling mogelijk is.
de acceleratielengte is de afstand die nodig is om de snelheid van een voertuig op
comfortabele wijze te verhogen tot een gewenst niveau.
afschot dwarshelling in een constructie ten behoeve van de afwatering.
afrit verbindingsweg vanaf een weg naar een weg van een lagere hoofdcategorie.
alignement horizontaal en/of verticaal verloop van een weg, spoorweg of waterweg.
autosnelweg weg met gescheiden hoofdbanen, waarvan het gebruik slechts is toegestaan voor
bestuurders van motorvoertuigen die harder kunnen en mogen rijden dan 60 km/u, met
uitsluitend ongelijkvloerse kruispunten en aangeduid met bord G1 (RVV 1990).
baan gebied op de weg, in lengterichting begrensd door een beginraai en een eindraai, en in
dwarsrichting begrensd door twee opeenvolgende overgangen verhard/onverhard of door
een overgang verhard/onverhard en een weggrens.
bergingszone naast de rijbaan van een autosnelweg gelegen deel van de verkeersbaan en/of van de
wegberm dat, waar een vluchtstrook ontbreekt, ruimte biedt aan gestrande voertuigen.
blokmarkering wegmarkering bestaande uit in een lijnpatroon aangebrachte blokken met een breedte van
meer dan 0,25 m tot max 0,45 m.
blokstreep deelstreep ter plaatse van een invoegstrook, uitrijstrook, weefvak of voorsorteerstrook,
uitgevoerd als blokmarkering.
bochtverbreding verbreed gedeelte aan de binnenzijde van de rijbaan in een horizontale boog.
bolle boog cirkelvormige bovenafronding in een lengteprofiel.
botsveilig object voorwerp dat bij aanrijding door een voertuig weinig of geen schade veroorzaakt aan het
voertuig en/of letsel aan de inzittenden.
buitenberm wegberm tussen een buitenste rijbaan en de naastgelegen weggrens.
convergentiepunt punt of gebied waar verkeersstromen met dezelfde rijrichting al dan niet verspreid over
meerdere rijbanen onder een kleine hoek samenkomen en overgaan in minder rijbanen dan
wel minder rijstroken.
deceleratielengte De deceleratielengte is de afstand die nodig is om de snelheid van een voertuig te verlagen
tot een zodanig niveau, dat het direct stroomafwaarts gelegen wegvak verkeersveilig
bereden kan worden.
deelstreep wegmarkering in lengterichting die rijstroken voor verkeer in dezelfde richting scheidt,
uitgevoerd als enkele ononderbroken streep, als enkele onderbroken streep, als combinatie
van een doorgetrokken streep en een onderbroken streep of als blokmarkering.
divergentiepunt punt of gebied waar verkeersstromen met dezelfde rijrichting op een rijbaan onder een
kleine hoek uit elkaar gaan en zich verspreiden over meer rijbanen dan wel meer rijstroken.
dwarshelling tangens van de hoek die de horizontaal in een dwarsprofiel maakt met de lijn tussen de
zijkant en de kruin van het verhardingsoppervlak.
dwarsprofiel verticale doorsnede loodrecht op de as van de weg, spoorweg of waterweg.
holle boog cirkelvormige onderafronding in een lengteprofiel.
hoofdbaan rijbaan, bestemd voor doorgaand snelverkeer.
hoofdverbindingsas autosnelweg die de economische kerngebieden met elkaar en met die in het buitenland
verbindt.
invoeging convergentiepunt waar een rijbaan door middel van een of meer invoegstroken wordt
ingevoerd in de doorgaande rijbaan.
invoegstrook rijstrook van beperkte lengte ter plaatse van een convergentiepunt, die grenst aan een
doorgaande rijstrook van een rijbaan en in rijrichting gezien begint bij de spitse punt van
het puntstuk. Een invoegstrook is bedoeld om verkeer afkomstig van een toeleidende
rijbaan in de gelegenheid te stellen zijn snelheid te verhogen alvorens de doorgaande
rijstrook op te rijden.
Pagina 165 van 168