Page 93 - !ROA2017-02
P. 93
Richtlijn Ontwerp Autosnelwegen 2017 | 27 november 2017
De breedte van de middenberm is afhankelijk van de bergingszone, de breedte van de
afschermingsvoorziening en de breedte van eventuele obstakels binnen de
afschermingsvoorzieningen. De richtlijnen voor de bergingszone zijn beschreven in paragraaf
Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.. Voor de richtlijnen met betrekking tot
fschermingsvoorzieningen wordt verwezen naar de Richtlijn ‘Veilige inrichting van bermen’.
tabel 5.41. Standaardmaatvoering middenberm
element maatvoering
breedte middenberm variabel
bergingszone 2,50 m
breedte afschermingsvoorziening variabel
Indien noodzakelijk kunnen binnen de obstakelvrije zone gootconstructies worden aangebracht
voor zover dat geen gevaar oplevert voor het verkeer en de werking van een eventueel
aanwezige afschermingsvoorziening daardoor niet nadelig wordt beïnvloed. Deze gootconstructie
dient dan buiten de redresseerstrook te worden aangebracht.
5.4.12 Buitenberm
Een buitenberm is gesitueerd aan de buitenzijde van een autosnelweg. Bij het inrichten van een
buitenberm kan worden gekozen voor een obstakelvrije inrichting, inrichting met
botsvriendelijke objecten of voor een inrichting met een afschermingsvoorziening. Uit het
oogpunt van verkeersveiligheid heeft het realiseren van een obstakelvrije buitenberm de
voorkeur boven het afschermen van obstakels middels een afschermingsvoorziening. Indien
binnen de obstakelvrije zone obstakels gesitueerd zijn, dienen deze afgeschermd te worden. Een
obstakel is een voorwerp, beplantingselement of dwarsprofielelement dat bij aanrijding ernstige
schade aan een voertuig en/of (dodelijk) letsel aan de inzittenden kan veroorzaken.
Een buitenberm heeft de volgende functies:
- vluchtruimte;
- ruimte voor objecten (onder andere portalen, bebording, geluidswerende voorzieningen,
kabels & leidingen, etc.);
- geleidelijke overgang naar wegomgeving;
- infiltratie hemelwater;
- onderhoudsruimte.
obstakelvrije buitenberm
De obstakelvrije buitenberm dient om de risico’s voor derden en voor inzittenden van het
voertuig dat uit de koers is geraakt, te beperken dan wel te voorkomen. Risico’s voor inzittenden
treden op bij een botsing tegen een obstakel of bij het inrijden van een sloot, rivier of talud.
Risico’s voor derden treden onder meer op bij een naastgelegen parallelweg. De obstakelvrije
buitenberm is zodanig breed, dat een uit de koers geraakt voertuig op een vlakke draagkrachtige
berm binnen deze breedte blijft door te redresseren of te stoppen. In paragraaf 5.4.14 is
toegelicht waaraan de berm moet voldoen om als (onderdeel van de) obstakelvrije zone
aangemerkt te kunnen worden.
Pagina 93 van 168