Page 105 - !ROA2017-02

Richtlijn Ontwerp Autosnelwegen 2017 | 27 november 2017

keuze van de wentelingsas
Bij de keuze van de wentelingsas dient het zadelpunt altijd buiten de verharding te liggen. Het
zadelpunt is het punt op een gekromd vlak dat in de ene richting (langsrichting of dwarsrichting)
een maximum en in de andere een minimum heeft.

De verplaatsing van de wentelingsas is pas van invloed wanneer deze buiten de verharding
wordt gekozen. Om enig resultaat te verwachten, dient de wentelingsas over grote afstanden te
worden verschoven (15 m of meer). Een dergelijke verschuiving leidt in het algemeen tot
praktische bezwaren bij het wegontwerp, waardoor deze optie meestal niet toepasbaar is.

verhardingsbreedte
Hoe groter de verhardingsbreedte, des te langer zal het water op de weg aanwezig zijn. Om de
hoeveelheid water op de weg te beperken, zal in dat geval de stroomsnelheid moeten worden
verhoogd. Dit kan door de relatieve langshelling S van de wentelingsas te vergroten, waarmee
de lengte van de verkantingsovergang kleiner wordt.

verhardingstype
Verhardingen met een open structuur (zoals verschillende soorten ZOAB) beperken het risico
van plasvorming op de weg. Vanwege de optredende vervuiling in ZOAB die juist in
weggedeelten met geringe dwarshelling optreedt, is echter niet te voorspellen in welke mate
ZOAB bijdraagt aan een vermindering van de wateroverlast.

afwateringssysteem
Nadat de afwatering van de rijbaan heeft plaatsgevonden, dient het water vervolgens verder
afgevoerd te worden. Bij voorkeur geschiedt deze afwatering middels berminfiltratie.
Berminfiltratie zal echter niet altijd mogelijk zijn, bijvoorbeeld wanneer de rijbaan naar een niet-
obstakelvrije middenberm afwatert. In dergelijke situaties dient een afwateringssysteem
gerealiseerd te worden, bestaande uit goten en riolering.

In situaties waar een afwateringssysteem noodzakelijk is, dient hier bij het ontwerp van het
dwarsprofiel rekening mee gehouden te worden. Voor aanvullende informatie over de relatie van
het afwateringssysteem met het dwarsprofiel wordt verwezen naar Eisen hemelwaterafvoer
wegen op aardenbaan (2017).

5.6 Wegbeeld

Na het ontwerpen van de verschillende individuele ontwerpcomponenten, dient het ontwerp
gecontroleerd te worden op samenhang van de (gecombineerde) elementen op basis van
overkoepelende randvoorwaarden. Immers, de weggebruiker herkent en anticipeert op het
verloop van de weg op basis van vooral visuele waarnemingen en ervaring. Bij het bepalen van
de vorm van de weg speelt daarom, naast de rijtechnische eisen, ook het wegbeeld een rol.

Eventuele gebreken aan het ontwerp worden aangepast door de maatvoering van bepaalde
individuele elementen aan te passen. Na het doorvoeren van aanpassingen wordt het ontwerp
dan opnieuw gecontroleerd, zie afbeelding 5.38.

Pagina 105 van 168