Page 26 - !ROA2017-02
P. 26
Richtlijn Ontwerp Autosnelwegen 2017 | 27 november 2017
afbeelding 4.8. Haarlemmermeeraansluiting (links) en halfklaverbladaansluiting (rechts)
Haarlemmermeeraansluiting
Een Haarlemmermeeraansluiting kenmerkt zich door toe- en afritten die in de stroomrichting van
de autosnelweg liggen. Deze vorm biedt de volgende voordelen:
- logica: ligging van de toe- en afritten komt overeen met de gewenste rijrichting;
- goede berijdbaarheid: er is geen sprake van krappe bogen in de toe- en afritten;
- gering ruimtebeslag: het ruimtebeslag in de breedte is minimaal;
- overzichtelijkheid: men heeft goed zicht op het stroomafwaartse verkeer en wegverloop.
Hierdoor is er ook geen reden om in het ontwerp van een Haarlemmermeer-afrit rekening te
houden met de stappentheorie, tenzij er sprake is van een duidelijke S-boog.
De Haarlemmermeeraansluiting heeft echter de volgende nadelen:
- beperkt remmende werking: bij afritten moet gewaakt worden voor hoge snelheden ter
plaatse van het gelijkvloerse kruispunt met het onderliggende wegennet; dit wordt voorkomen
door toepassing van een stijgend alignement en/of een rotonde aan het einde;
- doorstroming onderliggend wegennet: door de beperkte (opstel)afstand tussen de twee
gelijkvloerse kruispunten met het onderliggende wegennet, moeten deze in onderling verband
beschouwd worden;
- gevoelig voor fileontduiking: doordat de af- en toerit in elkaars verlengde liggen, is het
eenvoudig om via deze verbindingswegen de file te ontwijken;
- bij krap vormgegeven aansluitingen kan het kunstwerk zichtbelemmeringen op het kruispunt
opleveren.
Indien de weg van lagere orde eindigt bij een autosnelweg, ontstaat een T-aansluiting. Bij
toepassing van een Haarlemmermeeraansluiting wordt deze T-aansluiting duidelijk
geaccentueerd. Het nadeel is echter dat de beide linksafslaande verkeersstromen aan het einde
van de weg een conflict met elkaar hebben en dat hierbij onduidelijke voorrangssituaties
kunnen ontstaan.
Halfklaverbladaansluiting
Een halfklaverbladaansluiting heeft twee kwadranten met een toe- en afrit en twee lege
kwadranten. Deze vorm biedt de volgende voordelen:
- flexibel ruimtebeslag: de toe- en afritten kunnen zodanig worden geprojecteerd, dat
ruimtelijke knelpunten worden vermeden, bijvoorbeeld bij bebouwing of langs een spoor of
kanaal;
- doorstroming onderliggende wegennet: de afstand tussen de twee gelijkvloerse kruispunten
met het onderliggende wegennet is groter, waardoor er minder kans op problemen als gevolg
van beperkte opstelruimte is.
Pagina 26 van 168