Page 92 - bloch2-30-01-2022_OCR
P. 92
Appelbollen Weeg 40 gram bladerdeeg af en rol dat stukje met
een deegrol dun uit tot een dikte van 1,5 mm.
Voor 6 appelbollen: Snijd er zes cirkeltjes uit van 5 cm. Leg ze op de
/ 500 g bladerdeeg bakplaat en strijk ze in met losgeklopt ei.
/ mengsel van 160 g boter, 80 g suiker, Rol de rest van het bladerdeeg uit in een rechthoek
1 g kaneel van 2 à 2,5 mm dik. Snijd er zes vierkanten uit van
/ 6 appels (reinette, james grieve, 14 cm. De grootte van de vierkanten kan variëren,
granny smith, oogstappel) afhankelijk van de grootte van de appel. Bestrijk de
/ 30 g broyage (zie basisrecepten) randen van de vierkantjes met losgeklopt ei.
/ 1 losgeklopt ei Schil de appels, haal het klokhuis eruit en vul de hol
/ 20 g bloemsuiker te op met het mengsel van suiker, boter en kaneel.
Bakplaat bekleed met bakpapier Strooi in het midden van elke deeglap een beetje
Warm de oven voor op 210 °C broyage en leg er de appel op. Als je zure appels
gebruikt, strooi dan bovenop nog wat suiker,
gemengd met een snuifje kaneel.
Neem de punten van het vierkant en plooi ze
over de appel. Plaats het appelpakketje op een
cirkeltje deeg. Bestrijk met losgeklopt ei.
Snijd uit de rest van het uitgerolde deeg 12 repen
van 1 op 10 cm en leg er twee gekruist op iedere
appel. Strijk de lintjes in met het losgeklopt ei.
Laat een uurtje rusten en bak de appelbollen
vervolgens 10 minuten in een oven van 210 °C.
Strooi het bloemsuiker over de appelbollen en
laat ze 15 à 20 minuten verder bakken tot ze
goudbruin zien.
Als je merkt dat het deeg gaar is, maar de appel
nog steeds hard is, verlaag dan de temperatuur
en zet de ovendeur op een kiertje. Laat verder
bakken tot de appelbol zacht is.