Page 71 - Het staatsrecht van het Mangkoenagarase Rijk

Vorstenlandse Zelfbesturen er net eender uitziet als dat der an­
dere Zelfbesturen in de Buitengewesten.
Is deze gissing juist, dan vindt artikel 11 van de Zelfbe-
stuursregelen 1927 ook hier toepassing, d. w. z. de Vorstenlandse
Zelfbestuurder kan de belangen van het landschap en van zijn
ingezetenen bij de Gouverneur-Generaal, de Hoofden der Depar­
tementen van algemeen bestuur en het betrokken Hoofd van Ge­
westelijk bestuur, na gehouden gedachtenwisseling met de plaat­
selijke Europese bestuursambtenaar voorstaan. Daar voor het
Mangkoenagaranse Zelfbestuur, evenals voor de andere drie Javase
Zelfbesturen, het Hoofd van Gewestelijk bestuur zelf de plaatse­
lijke Europese bestuursambtenaar is, vervalt van zelf de moge­
lijkheid om bij de Gouverneur van Soerakarta te petitioneren.
Met deze hoofdambtenaar houdt de Vorstenlandse Zelfbestuurder
de verplichte gedachtenwisseling, zo hij zich met zijn verzoek
bij de hogere autoriteiten wil wenden.
Ook moet de Zelfbestuurder, die van zijn bevoegdheid ge­
bruik maakt t. a. v. de Gouverneur-Generaal of de Hoofden der
Departementen van algemeen bestuur, zijn schriftelijke stukken
door tussenkomst van het Hoofd van Gewestelijk bestuur indie­
nen. Mocht hij daarnaast aan evenbedoelde gezaghebbende(n)
mondelinge wensen te berde willen brengen, dan moet hij,
dit Hoofd van Gewestelijk bestuur daarvan op de hoogte
brengen.
U ziet, het petitierecht der Zelfbesturen is niet vrij van
psychologische beperkingen. Hoe te handelen, wanneer de Zelf­
bestuurder juist over de handelingen van het Hoofd van Gewes­
telijk bestuur ontevreden is en daarom bij de hogere autoriteiten
wil gaan petitioneren? Het is ook niet juist, dat bepaalde in­
stanties met name genoemd worden bij wie men petitioneren
moet. Waarom zou het niet mogelijk zijn, dat het Zelfbestuur
zich met zijn verzoek in de werkzaamheden van de waterschap­
pen mengt!

65